Een lage rente en relatief lage huizenprijzen maken dat steeds meer starters serieus overwegen een huis te gaan kopen. Deze ontwikkeling in de markt juichen wij als financieel adviseurs toe. Het maakt dat de markt weer in beweging komt. Dat bijvoorbeeld jonge gezinnen naar een groter huis kunnen uitkijken en ga zo maar door.
Wij voelen dat dit positieve sentiment doordringt in de huishoudens. Gelukkig maar, we zijn er allemaal aan toe. In deze nieuwsbrief leest u hier en over andere zaken meer.
|
|
Wat een goed nieuws om te horen: vier op de tien starters verwacht dit jaar een bod uit te brengen op een koopwoning. De voornaamste redenen voor het bod zijn de aantrekkelijke huizenprijzen en de lage hypotheekrente. En de verwachting dat deze hypotheekrente niet verder zal dalen. Net als de huizenprijzen. Die lijken nu echt op het laagste punt. Dus dat kan het kopen van een woning nu extra aantrekkelijk maken.
Daarnaast blijkt dat ruim een kwart van de koopwoningbezitters overweegt om komend kwartaal af te lossen op zijn hypotheek. Voor 2015 schatten de koopwoningbezitters in dat zij gemiddeld ruim € 12.000,- gaan aflossen op hun hypotheek.
Wij herkennen deze ontwikkeling. Regelmatig vragen relaties ons of het verstandig zou zijn om af te lossen op de hypotheek. Vaak is de aanleiding dat men geen (rest)schuld wil overhouden. En men daarnaast een dermate lage rente krijgt op spaargelden, dat aflossen aantrekkelijk lijkt. Een groot voordeel daarbij is tenslotte dat de maandlasten daarmee dalen.
Ook al is het aflossen op de hypotheek nu heel populair, als financieel adviseur kijken wij altijd per klant of dit inderdaad de juiste keuze is. Dit hangt van diverse factoren af die in totaliteit beoordeeld moeten worden.
Vraagt u zich af of aflossen op de hypotheek voor u interessant kan zijn, neem dan contact met ons op voor een goed advies hierover.
|
|
In onze adviespraktijk zien we het regelmatig: iemand sluit een reisverzekering en schenkt er vervolgens nooit meer aandacht aan. Dat verbaast ons! Want de persoonlijke situatie kan in de loop van de tijd wijzigen.
Denkt u bijvoorbeeld eens aan het gaan samenwonen. Als dan niet wordt gekeken wie welke reisverzekering en dekking heeft, ligt over- of onderverzekering op de loer. Onderverzekering is risicovol en oververzekering is zonde van het geld.
Uit onderzoekt blijkt dat 35% van de Nederlanders hun reisverzekering niet controleert voordat zij op reis gaan. De kans op onder- of oververzekering is daardoor groot. Of wat wij ook regelmatig zien is dat iemand zich er niet van bewust is dat een bepaalde schade geclaimd kan worden! Regelmatig wijzen wij relaties op dergelijke zaken als we ‘langs de neus weg’ iets te horen krijgen in een gesprek.
Regelmatig merken wij dat mensen niet goed weten wat bij binnenlandse of buitenlandse reizen in de dekking valt. Valt een ziekenhuisbezoek in het buitenland wel of niet onder de reisverzekering? Veel mensen denken dat hun zorgverzekering de volledige kosten van een ziekenhuisbezoek in het buitenland dekt. Dit is echter niet altijd het geval. De meeste basis zorgverzekeringen betalen maximaal de Nederlandse tarieven.
Een reisverzekering met dekking voor medische kosten kan het verschil goedmaken, maar het is verstandig om van tevoren te controleren wat voor dekking je zorgverzekering en je reisverzekering bieden en of je hiermee alles hebt afgedekt.
|
|
Bent u al gestart met uw belastingaangifte? En hebt u in 2014 hoge zorgkosten gemaakt? Leest u dan even dit artikel. Het kan namelijk dat deze rekeningen ervoor kunnen zorgen dat u minder belasting hoeft te betalen. Het is belangrijk om te weten dat de regels hierbij streng zijn, maar het is de moeite waard om hier toch even stil bij te staan.
Om u een beeld te geven ziet u onderstaand een lijst met zorgkosten die onder andere aftrekbaar zijn:
-
Geneeskundige hulp die niet is vergoed door uw zorgverzekeraar.
-
Tandheelkundige behandelingen.
-
Logopedie, fysiotherapie, homeopathie of acupunctuur waarvoor u niet aanvullend verzekerd bent.
-
Medicijnen die u hebt gebruikt en betaald en niet vergoed hebt gekregen van uw zorgverzekeraar.
-
Dieet op voorschrift van een arts of diëtist.
-
Hulpmiddelen zoals bijvoorbeeld steunzolen, een gehoorapparaat en een kunstgebit.
-
Aanpassingen aan uw auto of computer die vooral wordt gebruikt door de zieke of invalide persoon waarvoor de aanpassingen zijn.
-
Vervoerskosten naar een arts of ziekenhuis voor chronisch zieken, als de zorgverzekeraar deze niet vergoedt.
Deze lijst geeft u een indicatie van zaken die aftrekbaar kunnen zijn. Als u deze zorgkosten bij elkaar optelt, moet dit bedrag hoger zijn dan het drempelbedrag. U mag alleen dat deel van uw uitgaven aftrekken, dat uitkomt boven de drempel. De hoogte van deze drempel hangt af van uw inkomen.
Denkt u dat u voor deze belastingteruggave in aanmerking kunt komen? Dan is ons advies om hulp van een expert te vragen zodat u hier optimaal gebruik van kunt maken.
|
|
Denkt u nog steeds dat u op uw 65ste met pensioen gaat? En u dan een AOW-uitkering gaat ontvangen? Helaas. De kans is groot dat uw AOW-leeftijd (een stuk) hoger ligt. De AOW-leeftijd wordt vanaf 2016 in stappen van 3 maanden verhoogd en vanaf 2018 in stappen van 4 maanden. Daarmee wordt de AOW-leeftijd 66 jaar in 2018 en 67 jaar in 2021. In onderstaande tabel ziet u hoe de verhoging gaat plaatsvinden.
Verhoging in |
Verhoging in
maanden |
AOW-leeftijd |
Betreft personen geboren |
2013 |
1 |
65 + 1 maand |
na 31-12-1947 en voor 1-12-1948 |
2014 |
1 |
65 + 2 maanden |
na 30-11-1948 en voor 1-11-1949 |
2015 |
1 |
65 + 3 maanden |
na 31-10-1949 en voor 1-10-1950 |
2016 |
3 |
65 + 6 maanden |
na 30-9-1950 en voor 1-7-1951 |
2017 |
3 |
65 + 9 maanden |
na 30-6-1951 en voor 1-4-1952 |
2018 |
3 |
66 |
na 31-3-1952 en voor 1-1-1953 |
2019 |
4 |
66 + 4 maanden |
na 31-12-1952 en voor 1-9-1953 |
2020 |
4 |
66 + 8 maanden |
na 31-8-1953 en voor 1-5-1954 |
2021 |
4 |
67 |
na 30-4-1954 en voor 1-1-1955 |
Om te voorkomen dat mensen die zich niet hebben kunnen voorbereiden op de verhoging van de AOW-leeftijd een al te grote inkomensterugval krijgen, is er een overbruggingsregeling.
De Tweede Kamer heeft besloten dat de overbruggingsregeling verlengd en verruimd moet worden. Aanvankelijk zou de huidige overbruggingsregeling in 2019 eindigen, dit wordt nu 2023. Bovendien wordt de regeling ook opengesteld voor mensen die tussen 1 januari 2013 en 1 juli 2015 met VUT of vroegpensioen zijn gegaan voor het AOW-gat dat door de versnelde verhoging ontstaat.
|
|
Het is in de huidige tijd helaas een fenomeen dat wij regelmatig tegenkomen: een relatie koopt een nieuw huis, wenst dit te financieren, maar kampt met een restschuld van de vorige woning. Met andere woorden, het vorige huis is ‘met verlies’ verkocht. ,br>
Dit is op zich geen unieke situatie. Op dit moment staat ongeveer een kwart van de huizenbezitters 'onder water'. Dit komt het meest voor in de leeftijdscategorie van 30 tot 45 jaar oud. En juist bij deze groep zien wij de grootste behoefte om door te stromen naar een nieuwe woning. De gemiddelde restschuld, die wij financieren, ligt zo rond de € 30.000.
Op zich is het financieren van een restschuld wel mogelijk, echter, vaak betekent dit dat er extra kosten mee gemoeid gaan. Er wordt een zogenaamde ‘opslag’ in rekening gebracht. Gelukkig zien wij nu een beweging in de markt waarbij aanbieders deze opslag heroverwegen. Niet alleen voor bestaande relaties, maar óók voor nieuwe klanten. En dat is goed nieuws!
Hypotheekverstrekkers zien dat (vooral jonge) woningbezitters met een restschuld vaak onvoldoende eigen middelen hebben om dit mee te financieren. Zij kunnen hierdoor niet doorstromen net nu de woningmarkt aantrekt. Diverse partijen bieden daarom nu flexibele constructies waarbij de nieuwe woning, inclusief restschuld gefinancierd kan worden, zonder opslag. Deze restschuldfinanciering is vaak zowel met NHG als zonder NHG mogelijk.
Wilt u meer weten over de mogelijkheden? Vraag ons er gerust naar.
|
|
Een van de grote voordelen van internet is het feit dat u aanbod en prijzen van diverse partijen veel makkelijker naast elkaar kunt leggen. Hetzelfde product bij diverse aanbieders vergelijken en dan de goedkoopste eruit kiezen. Zo hebben we alleen de lusten. Vergelijken is belangrijk. Want waarom zouden we onnodig veel betalen? Of waarom zouden we een product willen hebben als er betere varianten te verkrijgen zijn.
Als het gaat om online verzekeringen willen we natuurlijk ook graag vergelijken. Er zijn diverse vergelijkingssites die op deze behoefte inspringen. U kunt daar gebruik van maken. Het is daarbij wel van belang dat u zich realiseert dat veel van deze vergelijkingssites kosten in rekening brengen. Zo zijn er bijvoorbeeld sites voor autoverzekeringen die tot 200 euro per afgesloten autoverzekering in rekening brengen. En dat terwijl de gemiddelde autoverzekering 400 euro kost aan jaarpremie.
Bedragen voor puur het vergelijken van prijs en voorwaarden zijn in onze ogen al snel te hoog omdat u namelijk via deze sites geen advies ontvangt. Een gedegen advies zoals wij u dat als uw verzekeringsadviseur wél bieden. Naast de kosten is het ook van belang dat u zich ervan bewust bent dat vergelijkers vaak in handen zijn van verzekeraars of andere commerciële partijen. Dit betekent dat de resultaten van uw vergelijk wel eens erg sturend kunnen zijn naar één specifieke aanbieder.
Kortom, ons advies is om vergelijkingssites te gebruiken om u te oriënteren op een (nieuwe) verzekering. En vraag ons vervolgens om een uiteindelijk advies wat voor u de beste deal is.
|
|
Hoe gaan we op een verantwoorde manier om met de belangen van drie miljoen gepensioneerden? Dit thema houdt velen bezig. En dit thema kent ook veel verschillende meningen.
Door verschillende maatregelen van achtereenvolgende kabinetten daalde de koopkracht van gepensioneerden de afgelopen jaren met ruim 10%. De nieuwe pensioenwet die vorig jaar door het parlement werd aangenomen, zal er volgens kenners toe leiden dat gepensioneerden de komende 15 jaar nog meer koopkracht gaan inleveren.
Daarnaast heeft de pensioenwet niet alleen voor gepensioneerden gevolgen. Ook werkenden gaan de gevolgen hiervan voelen. Door het uitblijven van indexering zullen zij namelijk minder pensioen opbouwen dan eerder verwacht werd.
Als financieel adviseur merken we dat het onderwerp pensioenen vaker aan de keukentafel wordt besproken. En dat consumenten zich er steeds meer bewust van worden dat de verzorgingsstaat steeds verder afbrokkelt, en we zelf meer en meer verantwoordelijk worden voor een stuk vermogensopbouw voor later.
Regelmatig krijgen wij vragen van klanten die inzage wensen in hun persoonlijke situatie. Denkt u aan vragen als:
-
Hoe is mijn pensioen eigenlijk geregeld?
-
Kan ik nog maatregelen treffen om mijn pensioen aan te vullen?
-
Hoe ziet mijn ideale oude dag eruit en wat heb ik daarvoor nodig?
Spelen deze vragen ook bij u? Laat ons u dan helpen!
|
|
Laatst vroeg een van onze relaties waarom wij eigenlijk de term ‘brandverzekering’ hanteren, terwijl deze verzekering veel meer behelst dan het verzekeren van brandschade. Tja, het is inderdaad een aparte benoeming als je er zo naar kijkt. De naam brandverzekering komt voort uit het feit, dat op deze polissen oorspronkelijk alleen brandschade gedekt was. De uitgebreidere gevarendekkingen en alle van buitenkomende onheilendekkingen bestaan gewoonweg nog niet erg lang.
Wat verstaan verzekeraars onder brand?
In vrijwel alle brandverzekeringen staat de volgende definitie van brand: ‘een met vlammen gepaard gaand vuur buiten een haard dat in staat is om zich op eigen kracht voort te planten’. De meeste verzekeraars stellen bluswaterschade, diefstal tijdens de brand (ook van goederen die bijvoorbeeld buiten het pand geplaatst worden om brandschade te voorkomen), rook- en roetschade en schroeischade door de brand gelijk aan brand en dergelijke schade valt dus ook onder branddekking.
De verzekeraars spreken nog steeds van brandverzekeringen als het gaat om inboedel- en woonhuisverzekering. Waarschijnlijk een beetje uit gewoonte maar waarschijnlijk ook omdat de verzekeraars nog steeds het hoogste bedrag aan schades voor brandschades moeten vergoeden. Andere schades doen zich waarschijnlijk vaker voor, maar de totaal uitgekeerde bedragen zijn lager dan de bedragen die de verzekeraar uit moeten betalen voor de totale brandschades. Dat rechtvaardigt dat de verzekeraars de naam brandverzekering nog steeds hanteren!
Wilt u met ons overleggen welke schadedekking u geniet bij uw zogenaamde brandverzekering, we lichten het u met plezier toe!
|
|
|